25 sep Gevolgen van Prinsjesdag 2021 voor huis en hypotheek
Wat wordt anders voor jou als (toekomstig) huiseigenaar?
Op Prinsjesdag zijn de financiële plannen voor 2021 bekendgemaakt door het kabinet. De covid-19 pandemie beheerste weliswaar de hele dag maar met betrekking tot huis en hypotheek is er wel het een en ander te melden. Hieronder de gevolgen van Prinsjesdag 2021 die wellicht iets voor jou gaan betekenen als (toekomstig) huiseigenaar.
Overdrachtsbelasting wordt voor starters afgeschaft
Goed nieuws voor wie jonger is dan 35 jaar en zijn of haar eerste woning gaat kopen. Onder bepaalde voorwaarden betaal je ingaande 2021 geen overdrachtsbelasting meer. De belangrijkste voorwaarde is dat je het huis koopt en er zelf in gaat wonen. Concreet scheelt je dit 2% van de koopprijs. Wanneer je dus een woning van € 300.000,- koopt dan bespaar je € 6.000,-. Ook voor doorstromers onder de 35 jaar die deze regeling nog niet hebben gebruikt wordt dit van kracht.
Voor beleggers gaat de overdrachtsbelasting omhoog
Door de overdrachtsbelasting voor beleggers te verhogen naar 8% (een stijging van 2% ten opzichte van 2020) verwacht het kabinet meer ruimte voor starters te creëren en daarmee de kans op een eerste koopwoning te vergroten. Beide maatregelen staan duidelijk weer gegeven in de onderstaande factsheet van de Rijksoverheid.
Investeringen voor betaalbare woningbouw
Het kabinet investeert flink in de bouw van nieuwe woningen: in 2021 wordt er € 100 miljoen naar voren gehaald en wordt er € 50 miljoen extra voor vrij gemaakt. Hiermee wordt de krapte op de woningmarkt en het tekort aan betaalbare koophuizen aangepakt. Opgeteld zou de investering 70.000 extra woning betekenen en met de bedoeling dat de helft daarvan beschikbaar komt voor starters en kwetsbare groepen uit de samenleving. Om de belemmeringen door het stikstofprobleem weg te nemen stelt het kabinet nog eens € 100 miljoen beschikbaar in 2021.
Aftrek bij kleine eigenwoningschuld wordt verder afgebouwd
Op 1 januari 2019 is er een traject van 30 jaar van start gegaan waarin de aftrek voor de kleine woningschuld volledig wordt afgebouwd. Dit is de zogenaamde Hillen-aftrek. Het percentage neemt ieder jaar af met 3,33%. Dit betekent dat vanaf 1 januari 2048 de aftrek er niet meer is.
- Voorbeeld 2020
In 2020 moet je voor je eigen woning € 1.200 eigenwoningforfait aangeven. Aan rente en aftrekbare kosten heb je € 1.000 betaald. Per saldo is je eigenwoningforfait dan € 200. Jouw aftrek voor geen of een kleine eigenwoningschuld is € 186 (= € 200 x 93,33%). Dat betekent dat we het verschil van € 14 bij jouw ‘inkomen uit werk en woning’ optellen. - Voorbeeld 2021
In 2021 moet je voor je eigen woning € 1.200 eigenwoningforfait aangeven. Aan rente en aftrekbare kosten heb je € 1.000 betaald. Per saldo is je eigenwoningforfait dan € 200. Jouw aftrek voor geen of een kleine eigenwoningschuld is € 180 (= € 200 x 90,00%). Dat betekent dat we het verschil van € 20 bij jouw ‘inkomen uit werk en woning’ optellen.
Eigenwoningforfait omlaag in 2021 en hypotheekrenteaftrek omlaag
Voor woningen met een WOZ-waarde tussen de € 75.000 en € 1.090.000 daalt het eigenwoningforfait in 2021 naar 0,5%. Hieruit volgt dat de aftrekpost voor de eigenwoning stijgt. De maatregel is bedoeld las compensatie voor de afbouw van de hypotheekrenteaftrek voor zogenoemde grootverdieners. Voor deze laatste groep daalt de ook de hypotheekrente aftrek. In 2021 daalt de aftrek naar 43%. Dit jaar is dat nog 46% (sinds 2020 wordt de hypoheekrenteaftrek sneller afgebouwd, met 3% per jaar tot 2023).
Vragen?
Bel mij gerust op 035 – 577 96 61 indien je vragen heeft naar aanleiding van het bovenstaande.
Patrick Brands
Financieel Adviseur